Er wordt volgens Peter ter Velde van PersVeilig te vaak te makkelijk gedaan over digitaal geweld. "Veel hoofdredacteuren bagatelliseren de dreiging. Daar moeten we echt van af", zegt de journalist in gesprek met NU.nl. PersVeilig werd in 2019 opgericht door onder meer de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) en de politie. Nog geen twee jaar later kreeg de organisatie een stroom meldingen over zich heen.
Nu is Ter Velde bezig met een onderzoek naar het verschil in online haat tussen mannen en vrouwen. Een eerste analyse laat zien dat bedreiging tegen vrouwen vaker van online kanalen komt. Dat lijkt dus ook bij Habiballah te zijn gebeurd.
Dan kun je een paar dingen doen, legt Ter Velde uit. De dreigende persoon blokkeren is een eerste stap. Daarna kun je de zaak melden bij het techbedrijf in kwestie, zoals Facebook of Twitter. Maar bij Twitter is dat nog niet zo makkelijk. Dat bedrijf zegt steevast dat de reactie binnen de norm valt en dat het de tweet niet weghaalt, aldus Ter Velde. "Bij Twitter ben je als journalist niet veilig."
Het volgende station voor het melden van een online haatbericht is PersVeilig. Samen met de betrokkenen, zoals de werkgever en de politie, wordt een inschatting gemaakt: kan deze dreiging zich verplaatsen naar de fysieke wereld? Daaruit volgen drie mogelijkheden.
Met je gezin aan de aardappelen en politie op de stoep
De eerste mogelijkheid is melding maken, maar geen aangifte doen. Dit gebeurt wanneer een incident net niet ernstig genoeg is voor een aangifte en er dus geen strafbaar feit is gepleegd. De meeste gevallen van online dreigingen zijn, zelfs als het expliciete dreigementen zijn, niet strafbaar wanneer ze online geuit worden.
"Door toch melding te doen, wordt er in ieder geval een dossier tegen de persoon opgebouwd. Dat kan een andere journalist, die mogelijk in de toekomst door dezelfde online hater belaagd wordt, helpen om het wel tot een aangifte te laten komen", zegt Ter Velde. Verreweg de meeste meldingen blijven hierbij.
De tweede mogelijkheid is het voeren van 'stopgesprekken'. De politie zoekt de dreigende persoon op om deze te zeggen te stoppen met het belagen van de journalist. Dit gebeurt wanneer een opmerking net niet dreigend genoeg lijkt voor een aangifte, maar intimiderend genoeg is om een halt te worden toegeroepen.
In overleg met de politie wordt bepaald of de persoon opgespoord kan worden. "Een tijdrovend, maar buitengewoon effectief middel", zegt Ter Velde erover. "Omdat iemand dan plotseling om half zeven 's avonds, wanneer hij net met zijn gezin aan de aardappelen zit, twee agenten voor de deur krijgt en aan zijn kinderen moet uitleggen waarom de politie op de stoep staat." Volgens Ter Velde zijn er de afgelopen drie jaar ongeveer vijf stopgesprekken gevoerd.
'Hier woon jij toch met je partner en kinderen?'
De derde mogelijkheid is het doen van aangifte. Dit gebeurt vaak wanneer een uiting van belagen overgaat in bedreigen. "Iemand belagen is algemeen en vaak seksistisch van aard: een mannelijke journalist uitmaken voor NSB'er, een vrouw voor hoer. Of termen zoals landverraders. Het zijn beledigingen."
Bedreigingen gaan een stap verder. "Dan gaat het om: ik wil dat je vermoord of verkracht wordt." Soms worden zaken nog concreter en krijgt een journalist in zijn privéberichten op Twitter een foto van zijn huis toegestuurd. "Dan schrijft iemand: 'Hier woon jij toch, met je partner en je kinderen?'" De politie pakt de zaak dan verder op. De online bedreiger moet voorkomen bij de rechter.
Vergeet de nasleep niet
Als journalist kun je zelf ook nog iets doen, voegt Ter Velde toe: "Journalisten gaan naïef om met hun socialemediakanalen. Veel te veel wordt openbaar geplaatst." Dat maakt mensen volgens Ter Velde te kwetsbaar. "In tijden waarin zo veel online bedreigingen worden geuit, moeten we daar echt iets aan doen. Vooral werkgevers willen graag hun mensen laten zien, maar dan moet hun veiligheid wel worden gewaarborgd."
"Het ontbreekt nog zo vaak aan een bedrijfsbeleid. Medewerkers moeten weten waar ze dit soort incidenten kunnen melden en het bedrijf moet de nodige stappen zetten." De nasleep van een dreigement mag daarbij niet vergeten worden. "Heeft iemand hulp nodig van een psycholoog om dat wat onder de huid is gaan zitten, weg te krijgen? Peil het even en bied het aan."